35 Calvados - Champagne

> Categorie: KONINKRIJK KONKELFOES 2 Gepubliceerd: donderdag 14 juni 2012

Geregeld had Monsieur Blanchard Tine en Gust uuteneudigd een glèèsken calvados bie hem en zien vrouwe te kommen drinken. Gust had begrepen dat calvados een sterk alcoholisch dränksken was, een heel sterke appelcider. Tine en hee hadden het nieet op sterke drank: beiden hadden ze enkele veurolders met een drankprobleem. Döördeur was Gust zien moder bieveeurbeeld lid van ‘de blauwe knoop’ eworden, en wel van de NCGOV, de Nederlandse Christelijke Geheelonthoudersvereniging. Tine haer vader was döör oke lid van ewest. Tine en hee wären hun olders evolgd, al hadden zee hun nieet bie een club anesloaten. De name ‘calvados’ veur een klein glèèsken met dat sterke appelvocht kenden Gust, meenden hee in ellek geval, van commissaris Maigret: “Ober, één calvados en een muntje voor de telefoon”.

Toen as Blanchard Gust en Tine de laatste keer  vroeg of  zee een calvados kwammen gebruken, zei hee der bie: “Pour savourer avec un morceau de sucre!” – Um heerlijk te preuven met een kluntjen suker - . Um reden dat zee de smaak wel wollen leren kennen, gingen zee op zien anbod in en dieezelde oavend zatten ze bie de Blanchards in de kamer op koffievisite. Noa de koffie pakten Blanchard een flesse calvados. Hee pakten tèvens vier borrelglèèskes, deej zieneigen en zien vrouwe der ene in, deej veur Gust en Tine het glas hallef vol en presenteerden hun een kluntjen suker. Gust stipten het kluntjen in de calvados en Tine volgden hem noa. Noe zoagen ze op het kluntjen en Gust zag an het gezichte van Tine dat zee het heerlijk vond. Het smaakten hemzelluf ook best! Hee beseften oke dalijk dat hee niks meer van dat spul hebben most … : hee zol der väste an verslaafd raken! De rest van de ‘boddel’ liet e mooi stoan, want dit was ens möör nooit weer! Tine nam ook nieet meer, möör, zei zee later, “Ik denke nieet da’k teran verslaafd raken zol”.

De zoaterdag terop, de vierentwintigsten, zatten ze ’s oavends bie de Belgische buren. Claudientje zat ter natuurlijk oke. De buurman zei dat ze hun uuteneudigd hadden, um reden dat zee op disse dag tien jöör etrouwd wären. En dat most toch èven evierd worden. Der kwam een prachtige slagroomtaerte op toafel en uut de ieskoeling trok Buurman een flesse … champagne … . Och heden, weer an de drank, dacht Gust en hee beurden zien hand op as um het gevöör of te weren, möör Tine drukten diee hand neer … . Ze zei luud en dudelijk dat ze de buren gelukwensten met disse dag en dat zee blie was dat Gust en zee in de feestvreugde delen mochten en oke Claudientje wensten zee härtelijk geluk!

Guido liet de kurke knallen en hee schonk het perelende nat in. Ze klonken met mekäre, oke Claudientje, diee een glèèsken jus d’orange had en best begreep wöör het umme ging. Toen ze allemoale noa het eerste sluksken het glas neer hadden ezet, umhelsden Tine de buurvrouwe en döörnoa de buurman en ze zei derbie dat zee hoapten dat hun huwelijk heel gelukkig blieven zol. Gust sloat zieneigen döör helemoale bie an!

Gelukkig vond Gust disse champagne nieet lekker! Een tweede glas dronk hee met tegenzin uut! De taerte smaakten èvenwels veurtreffelijk en de kleine härtige hapjes oke!

Toen zee later op de luchtbedden leien, vroeg Gust wöörumme Tine de champagne nieet ofeslagen had, allewel hee het antwoord wist. Tine zei dat Buurvrouw en Buurman zoo gelukkig ekeken hadden dat zee disse dag nieet enkeld met zien drieeën hoofden te vieren, dat zee gin spelbrèèkster wol wèzen. “Principes bint goed, möör wiee zich döör allenig deur löt leiden, deugt nieet”. En Gust dacht terechte, meenden hee, dat hee diee opmerking in zien zak stèken kon.

“Kom hier, ik holle van oe”, zei hee. En samen leien ze stille op één luchtbedde en luusterden nöör de nacht. “Dit is de eerste keer in mien lèven dat ik buten het Heilig Oavendmoal alcohol gebruukt hebbe”, zei hee noa lang zwiegen … . “Iej bint een beste keerl”, zei Tine.

 

Calvados – Champagne 

 

Steeds weer had Monsieur Blanchard Tine en Gust uitgenodigd een glaasje calvados bij hem en zijn vrouw te komen drinken. Gust had begrepen dat calvados een sterk alcoholisch drankje was, een heel sterke appelcider. Tine en hij hadden het niet op sterke drank: beiden hadden ze enkele voorouders met een drankprobleem. Daardoor was de moeder van Gust bijvoorbeeld lid van ‘de blauwe knoop’ geworden, en wel van de NCGOV, de Nederlandse Christelijke Geheelonthoudersvereniging. Tines vader was daar ook lid van geweest. Tine en hij waren hun ouders gevolgd, al hadden zij zich niet bij een club aangesloten. De naam ‘calvados’ voor een klein glaasje met dat sterke appelvocht kende Gust, meende hij in elk geval, van commissaris Maigret: “Ober, één calvados en een muntje voor de telefoon”.

Toen Blanchard Gust en Tine de laatste keer  vroeg of  zij een calvados kwamen gebruiken, zei hij erbij: “Pour savourer avec un morceau de sucre!” – Om heerlijk te proeven met een klontje suiker - . Omdat ze de smaak wel wilden leren kennen, gingen ze op zijn aanbod in en diezelfde avond zaten ze bij de Blanchards in de kamer op koffievisite. Na de koffie pakte Blanchard een fles calvados. Hij pakte tevens vier borrelglaasjes, deed zichzelf en zijn vrouw er eentje in, deed voor Gust en Tine het glas half vol en presenteerde hun een klontje suiker. Gust stipte het klontje in de calvados en Tine volgde hem na. Nu zogen ze op het klontje en Gust zag aan het gezicht van Tine dat ze het heerlijk vond. Het smaakte hemzelf ook best! Hij besefte ook dadelijk dat hij niets meer van dat spul hebben moest … : hij zou er vast aan verslaafd raken! De rest van de ‘boddel’ liet hij mooi staan, want dit was eens maar nooit weer! Tine nam ook niet meer, maar, zei ze later, “Ik denke nieet da’k teran verslaafd raken zol”.

De zaterdag daarop, de vierentwintigste, zaten ze ’s avonds bij de Belgische buren. Claudientje zat er natuurlijk ook. De buurman zei dat ze hen uitgenodigd hadden, omdat  zij op deze dag tien jaar getrouwd waren. En dat moest toch even gevierd worden. Er kwam een prachtige slagroomtaart op tafel en uit de ijskoeling trok Buurman een fles … champagne … . Och heden, weer aan de drank, dacht Gust en hij hief zien hand op om het gevaar af te weren, maar Tine drukte die hand neer … . Ze zei luid en duidelijk dat ze de buren gelukwenste met deze dag en dat ze blij was dat Gust en zij in de feestvreugde delen mochten en ook Claudientje wenste ze hartelijk geluk!

Guido liet de kurk knallen en hij schonk het parelende nat in. Ze klonken met elkaar, ook Claudientje, die een glaasje jus d’orange had en best begreep waar het om ging. Toen ze allemaal na het eerste slokje het glas neer hadden gezet, omhelsde Tine de buurvrouw en daarna de buurman en ze zei erbij dat ze hoopte dat hun huwelijk heel gelukkig blijven zou. Gust sloot zich daar helemaal bij aan!

Gelukkig vond Gust deze champagne niet lekker! Een tweede glas dronk hij met tegenzin uit! De taart smaakte echter voortreffelijk en de kleine hartige hapjes ook!

Toen ze later op hun luchtbedden lagen, vroeg Gust waarom Tine de champagne niet afgeslagen had, al wist hij het antwoord. Tine zei dat Buurvrouw en Buurman zo gelukkig gekeken hadden dat zij deze dag niet alleen met hun drieeën hoefden te vieren, dat ze geen spelbreekster wou wezen. “Principes bint goed, möör wiee zich döör allenig deur löt leiden, deugt nieet”. En Gust dacht terecht, meende hij, dat hij die opmerking in zijn zak kon steken.

“Kom hier, ik holle van oe”, zei hij. En samen lagen ze stil op één luchtbed en luisterden naar de nacht. “Dit is de eerste keer in mien lèven dat ik buten het Heilig Oavendmoal alcohol gebruukt hebbe”, zei hij na lang zwijgen … . “Iej bint een beste keerl”, zei Tine.

 
 

Wij gebruiken één cookie, die essentieel is voor het functioneren van deze website. Lees meer: Privacy & cookies.

  Ik accepteer deze cookie.
EU Cookie Directive plugin by www.channeldigital.co.uk