15 Verrassing

> Categorie: KONINKRIJK KONKELFOES 2 Gepubliceerd: maandag 26 maart 2012

Op de eenendertigsten mei, ’s middags um driee uur, wier Gust opebeld. Hee en Kärel hadden diee hele dag traumawacht, en Gust nam op in de veronderstelling dat ze uut zollen motten vlieegen nöör een ongeval. Möör het pakten heel anders uut: Een stemme aan de andere kante van de liene vroeg of hee de helikopterpiloot Meester was. Op zien bevestigende antwoord kreeg hee te heuren dat hee op dinsdag de eerste juni bezeuk verwachten kon, as dat tenminsten schikten, van de nieje helikopter ‘Bölkow-Blohm-BO-105 CB’, diee geschikt was as traumahelikopter. Gust vroeg of de man dat allemoale nog een keertjen herhalen wol, zoo van zien stuk was hee. Toen antwoordden hee dat ze met ‘dat ding’ kommen konden. Kärel had heel stille eluusterd nöör het luudsprèkertjen en dus alles mee-ekregen. Hee was net as Gust verbaasd en enthousiast! Disse helikopter was het allerniejste model van ‘Messerschmitt’! Diee wol hee wel ens zieen! Gust lachten … . Hee was ter net zoo an too as Käreltjen. En ze begonnen te speculeren wat de bedoeling van diee stemme deur de telefoon wèzen zol. Gust dacht dat ze der veur de promotie van dit nieje seriemodel wel ene zollen willen leveren um hun diee hier in alle rust te loaten uutproberen. Kärel dacht dat diee stemme een vertegenwoordiger was en dat diee hun der gewoon ene an wol smeren. “Iej doot net of een pond brood een cent kost”, lachten Gust. Toen ging de telefoon weer. Ze mosten uutvlieegen. Bie Märkelo was op de E30 een vrachtwagen tegen een boom eknald. De chauffeur zat bekneld in de verfrommelde cabine.

Toen ze ankwammen, was ter al een dokter anwèzig. Oke de brandweer was ter al. Ze wären bezig de chauffeur achter het stuur vort te zagen. Toen hee lös was, bleek hee een ingedrukte borstkas te hebben. Ook constateerden de dokter dat hee beide benen ebroaken had. Hee was helemoale bie kennis en goed ansprèèkböör, wist precies wat of ter gebeurd was: Een hem integen kommende ‘kever’ was inens de linker weghelft opeschoaten. In een reflex had de chauffeur van de vrachtwagen het stuur nöör rechts egooid, Zoodoonde … .

De chauffeur ging op de brancard van een ambulancewagen uut Hengelo en Kärel en Gust konden rustig weerumme vlieegen. De hitte zinderden oaver de landeriejen, ze gooiden de schoefdeurkes lös um nog zoo völle meugelijk frisse lucht binnen te halen. Het was de zoovölste zunnige en dreuge dag. De dreugte had volgens Kärel nog nooit zoo lange eduurd.

Verder hadden zee bie hun wacht een rustige dag.

Precies um tien uur landden de volgende märn de BO-105 op de thuusplate van ‘Weltevree’. De heli had de juuste ambulancekleuren en zag ter heel mooi en groot uut, al heurden e bie de kleinere lichte modellen. De piloot liet de motor dreien en neudigden hun uut, noadat hee zich veuresteld had an Gust en Kärel, metene in te stappen um een vluchtjen te maken. Al vlieegend demonstreerden hee het een en ander. Het toestel bleek vier töt vief man mee te kunnen nemmen van wiee twee piloten. Het had een rume plaatse veur een brancard. De lengte was bienoa twaalf meter, ellef meter tachtig. De heugte was bienoa vier meter, driee meter tachtig. Hee kon dus makkelijk de ‘hangar’ in.

Ze vloagen oaver Diepenveen, Boskamp, Eikelhof, Wesepe, Schalkhaar, Epse, ’n Iessel oaver nöör Willepe, oaver de bruggen bie Dèventer en zoo weer noa huus.

Toen ze buten bie ‘Weltevree’ an de koffie zatten, nam de ‘pilootvertegenwoordiger’ het woord: “Heren, ik heb geconstateerd dat dit toestel U bevalt. Ik stel voor dat het hier blijft en dat U het gebruikt voor Uw werk en … het demonstreert aan aspirant-kopers. U betaalt niets daarvoor! U hoeft mij enkel terug te vliegen naar Deelen!” Gust zat perplex en antwoordden metene dat zee akkoord gingen. Kärel knikten. Toen bleven ze nog een uurken gezellig proaten. Kärel bracht de man nöör Deelen. Gust hield verder wacht … . 

 

Verrassing 

 

Op de eenendertigste mei, ’s middags om drie uur, werd Gust opgebeld. Hij en Karel hadden die hele dag traumawacht, en Gust nam op in de veronderstelling dat ze uit zouden moeten vliegen naar een ongeval. Maar het pakte heel anders uit: Een stem aan de andere kant van de lijn vroeg of hij de helikopterpiloot Meester was. Op zijn bevestigende antwoord kreeg hij te horen dat hij op dinsdag de eerste juni bezoek verwachten kon, als hem dat tenminste schikte, van de nieuwe helikopter ‘Bölkow-Blohm-BO-105 CB’, die geschikt was als traumahelikopter. Gust vroeg of de man dat allemaal nog eens herhalen wou, zo van zijn stuk was hij. Toen antwoordde hij dat ze met ‘dat ding’ konden komen. Karel had heel stil geluisterd naar het luidsprekertje en dus alles meegekregen. Hij was net als Gust verbaasd en enthousiast! Die helikopter was het allernieuwste model van ‘Messerschmitt’! Die wou hij wel eens zien! Gust lachte … . Hij was er net zo aan toe als Kareltje. En ze begonnen te speculeren wat de bedoeling van die stem door de telefoon zou zijn. Gust dacht dat men er voor de promotie van dit nieuwe seriemodel wel een zouden willen leveren om hen die hier in alle rust te laten uitproberen. Karel dacht dat die stem een vertegenwoordiger was en dat die hun er gewoon een  wou aansmeren. “Iej doot net of een pond brood een cent kost”, lachte Gust. Toen ging de telefoon weer. Ze moesten uitvliegen. Bij Markelo was op de E30 een vrachtwagen tegen een boom geknald. De chauffeur zat bekneld in de verfrommelde cabine.

Toen ze aankwamen, was er al een dokter aanwezig. Ook de brandweer was er al. Ze waren bezig de chauffeur achter het stuur weg te zagen. Toen hij bevrijd was, bleek dat hij een ingedrukte borstkas had. Ook constateerde de dokter dat hij beide benen gebroken had. Hij was helemaal bij kennis en goed aanspreekbaar, wist precies wat er gebeurd was: Een hem tegemoetkomende ‘kever’ was onverwacht de linker weghelft opgeschoten. In een reflex had de chauffeur van de vrachtwagen het stuur naar rechts egooid, Zodoende … .

De chauffeur ging op de brancard van een ambulancewagen uit Hengelo en Karel en Gust konden rustig terug vliegen. De hitte zinderde over de landerijen, ze gooiden de schuifdeurtjes open om nog zoveel mogelijk frisse lucht binnen te halen. Het was de zoveelste zonnige en droge dag. De droogte had volgens Karel nog nooit zo lang geduurd.

Verder hadden ze bij hun wacht een rustige dag.

Precies um tien uur landde de volgende morgen de BO-105 op de thuisplaat van ‘Weltevree’. De heli had de juiste ambulancekleuren en zag er heel mooi en groot uit, al hoorde hij bij de kleinere lichte modellen. De piloot liet de motor draaien en nodigde hen uit, nadat hij zich voorgesteld had aan Gust en Karel, meteen in te stappen om een vluchtje te maken. Al vliegend demonstreerde hij het een en ander. Het toestel bleek vier tot vijf man mee te kunnen nemen van wie twee piloten. Het had een ruime plaats voor een brancard. De lengte was bijna twaalf meter, elf meter tachtig. De hoogte was bijna vier meter, drie meter tachtig. Hij kon dus gemakkelijk de ‘hangar’ in.

Ze vlogen over Diepenveen, Boskamp, Eikelhof, Wesepe, Schalkhaar, Epse, de IJssel over naar Wilp, over de bruggen bij Deventer en zo weer naar huis.

Toen ze buiten bij ‘Weltevree’ aan de koffie zaten, nam de ‘pilootvertegenwoordiger’ het woord: “Heren, ik heb geconstateerd dat dit toestel U bevalt. Ik stel voor dat het hier blijft en dat U het gebruikt voor Uw werk en … het demonstreert aan aspirant-kopers. U betaalt niets daarvoor! U hoeft mij enkel terug te vliegen naar Deelen!” Gust zat perplex en antwoordde meteen dat zij akkoord gingen. Karel knikte. Toen bleven ze nog een uurtje gezellig praten. Karel bracht de man naar Deelen. Gust hield verder wacht … . 

 
 

Wij gebruiken één cookie, die essentieel is voor het functioneren van deze website. Lees meer: Privacy & cookies.

  Ik accepteer deze cookie.
EU Cookie Directive plugin by www.channeldigital.co.uk