4 Sacco van der Made
Wat hadden ze een prachtige tied op Krottmer bie Lobke, Ineke en Peter! De temperatuur op het eiland was nog constant boaven nul, möör wel per dag heel verschillend. Der viel gemiddeld per etmoal nieet völle règen, möör op de zestienden november straalden het de hele dag de hemel uut. Ze genoaten van diee ofwisseling in het weer.
Toen Gust op een märgen bie een stroalende zunne en een straffe westenwind de dunen deurstruunden, zag hee hem plotseling lopen, diee kleine toneelspöller, diee hee kenden van de teevee, hee had espöld in ‘Q en Q’. Diee serie was in 1974 deur de KRO op de bolleroete ebracht met disse spöller as adjudant van politie, Mudde. De kleine man was ondertussen vlak bie hem. Gust stak zien hand op en hij vroeg in zien beste Nederlands of ‘Meneer’ in de detectiveserie veur de jeugd, ‘Q en Q’, meschiens een politieman espöld had. Het menneken stelden zieneigen metene veur: “Sacco van der Made”. Gust knikten en zei dat hee hem van holding en gezichte herkend had. Sacco zei dat hee zieneigen estreeld veulden deur het feit dat e in disse uuthook van het land herkend wier deur diee ene wandelaer diee e integen kwam. Hee vroeg of hee met Gust op mocht lopen en al proatend neumden ze mekaere al heel gauw bie de veurname en ze iejden en oeden asof ze al jören vrinden wären.
Sacco proatten al gauw meer oaver de andere spöllers uut ‘Q en Q as oaver zieneigen. Hee teunden bewondering veur Bob de Lange, in de serie Opa Quarles van Ispen, diee toch echt nieet zoo jonk meer was. En dan Erik van ’t Wout, een jonge van een jöör of vieertiene, diee Aristides Quarles van Ispen spölden, ene van de twee jonge speurneuzen, en Martin Perels, as Wilbur Quant. En dan nieet te vergèten Juultje Quant, Maélis Morel, en Ingmar Quant of IQ, Cor van den Brink. Emmy Lopes Dias spölden oke een veurname rolle as Leonie Quarles van Ispen.
Sacco vertelden dat Harry Geelen met het schrieven van disse serie een härtstikke goeie prestatie elèverd had. Gust vroeg of dat de man was diee oke “Kunt U mij de weg naar Hamelen vertellen, mijnheer?” schreef. Sacco knikten. Hee zei dat e het een geweldige schriever vond. Hee had ook al een vervolg op ‘Q en Q’ eschreven. Diee wären ze noe, oaveral op locatie dus, an het opnemmen. De titel zol worden ‘Kunst- en vliegwerk’. Erik en Martin wären noe helemoale echte pubers, dus hun spöllen was nieet zoo lösjes meer. Sacco vond dat een beetjen jammer. Alles leek minder echt.
Sacco vertelden dat hee ene van de vief huuskes op Krottmer van de ‘Baron’ ehuurd had veur driee wèken, dat Peter hem met zien helikopter uut Rotterdam ehaald had, dat hee nooit eerder van het bestoan van dit dreumland eheurd had. Hee proatten oaver Rotterdam, wöör hee geboren was, dat e feitelijk Gerhard Johannes edeupt was en dat het leukste wat e töt noe toe edoan had, het insprèken van de stemme van Dagobert Duck was, in de tekenfilmserie ‘Duck Tales’ en de film diee döör uutetrokken was.
In april anstoande zol hee achtenvieftig jöör worden. “Dan bi’j in achttiene, an het ende van de Eerste Wereldoorlog, geboren”. Met diee opmerking brak Gust Sacco de bek lös oaver de Tweede Wereldoorlog! Sacco spiejden al zien gal oaver de Duutsers. Het bombärdement was een verschrikkelijke misdoad tegen de menselijkheid ewest! Hee had zon hekel an Duutsland ekregen dat hee der nog nooit noa de oorlog hen was ereisd. Hee zol der nieet tegen kunnen deur een land te reizen dat zien stad, zien Rotterdam, zoo plat egooid had. Hee vertelden dat hee in drieeënzestig in “Als twee druppels water” een Duutse officier espöld had, enkeld um zich tegen de Duutsers te kunnen ofzetten!
Gust kon dat best begriepen! Sacco was een heel zacht keerlken vol medelèven. Bie Sacco’s huusken nammen zee ofscheid. Gust was bliej dat hee Sacco integen ekommen was.
4 Sacco van der Made
Wat hadden ze een prachtige tijd op Krottmer bij Lobke, Ineke en Peter! De temperatuur op het eiland was nog constant boven nul, maar wel per dag heel verschillend. Er viel gemiddeld per etmaal niet veel regen, maar op de zestiende november straalde het de hele dag de hemel uit. Ze genoten van die afwisseling in het weer.
Toen Gust op een morgen bij een stralende zon en een straffe westenwind de duinen doorstruinde, zag hij hem plotseling lopen, die kleine toneelspeler, die hij kende van de teevee, hij had gespeeld in ‘Q en Q’. Die serie was in 1974 door de KRO op de kijkbuis gebracht met deze speler als adjudant van politie, Mudde. De kleine man was ondertussen vlak bij hem. Gust stak zijn hand op en hij vroeg in zijn beste Nederlands of ‘Meneer’ in de detectiveserie voor de jeugd, ‘Q en Q’, misschien een politieman gespeeld had. Het manneke stelde zichzelf meteen voor: “Sacco van der Made”. Gust knikte en zei dat hij hem van houding en gezicht herkend had. Sacco zei dat hij zich gestreeld voelde door het feit dat hij in deze uithoek van het land herkend werd door die ene wandelaar die hij tegenkwam. Hij vroeg of hij met Gust mocht oplopen en al pratend noemden zij elkaar al heel gauw bij de voornaam en ze jijden en jouden alsof ze al jaren vrienden waren.
Sacco praatte al gauw meer over de andere spelers uit ‘Q en Q’ dan over zichzelf. Hij toonde bewondering voor Bob de Lange, in de serie Opa Quarles van Ispen, die toch echt niet zo jong meer was. En dan Erik van ’t Wout, een jongen van een jaar of veertien, die Aristides Quarles van Ispen speelde, een van de twee jonge speurneuzen, en Martin Perels, als Wilbur Quant. En dan niet te vergeten Juultje Quant, Maélis Morel, en Ingmar Quant of IQ, Cor van den Brink. Emmy Lopes Dias speelde ook een voorname rol als Leonie Quarles van Ispen.
Sacco vertelde dat Harry Geelen met het schrijven van deze serie een geweldig goede prestatie geleverd had. Gust vroeg of dat de man was die ook “Kunt U mij de weg naar Hamelen vertellen, mijnheer?” schreef. Sacco knikte. Hij zei dat hij het een geweldige schrijver vond. Hij had ook al een vervolg op ‘Q en Q’ geschreven. Die waren ze nu, overal op locatie dus, aan het opnemen. De titel zou worden ‘Kunst- en vliegwerk’. Erik en Martin waren nu helemaal echte pubers, dus hun spelen was niet zo onbevangen meer. Sacco vond dat een beetje jammer. Alles leek minder echt.
Sacco vertelde dat hij een van de vijf huisjes op Krottmer van de ‘Baron’ gehuurd had voor drie weken, dat Peter hem met zijn helikopter uit Rotterdam gehaald had, dat hij nooit eerder van het bestaan van dit droomland gehoord had. Hij praatte over Rotterdam, waar hij geboren was, dat hij feitelijk Gerhard Johannes gedoopt was en dat het leukste wat hij tot nu toe gedaan had, het inspreken van de stem van Dagobert Duck was, in de tekenfilmserie ‘Duck Tales’ en de film die daaruit getrokken was.
In april aanstaande zou hij achtenvijftig jaar worden. “Dan ben je in achttien, aan het einde van de Eerste Wereldoorlog, geboren”. Met die opmerking brak Gust Sacco de ‘bek’ open over de Tweede Wereldoorlog! Sacco spuugde al zijn gal over de Duitsers. Het bombardement was een verschrikkelijke misdaad tegen de menselijkheid geweest! Hij had zo’n hekel aan Duitsland gekregen dat hij er nog nooit na de oorlog heen was gereisd. Hij zou er niet tegen kunnen door een land te reizen dat zijn stad, zijn Rotterdam, zo plat gegooid had. Hij vertelde dat hij in drieeënzestig in “Als twee druppels water” een Duitse officier gespeeld had, enkel om zich tegen de Duitsers te kunnen afzetten!
Gust kon dat best begrijpen! Sacco was een heel zacht kereltje vol medeleven. Bij Sacco’s huisje namen zee afscheid. Gust was blij dat hij Sacco ontmoet had.