170 Jonge Amerikaanse voetballers

> Categorie: KONINKRIJK KONKELFOES Gepubliceerd: maandag 16 januari 2012

Op maandag de achtentwintigste kwamen Judith en Jan ’s middags thuis. Hun reis was voorspoedig gegaan. Jan moest dinsdags al weer klaar staan, want er kwamen zo’n twintig jonge voetballers uit Californië in Diepenveen. Zij waren een dag of tien in Nederland, waarvan een viertal in Diepenveen. Meneer Brandwagt uit de Molenweg, voor vrienden en bekenden Bennie, had eigenlijk voor hun komst gezorgd. Top, die hem goed kende van DSC, Diepenveense Sportclub, wist hoe dat mogelijk was geweest. De heer Brandwagt was al jong naar de Verenigde Staten gegaan. Daar had hij een aantal jaren gewoond en gewerkt. Daarna was hij teruggekomen en hij was met vrouw en kinderen gaan wonen aan de Molenweg. Hij woonde aan de toegangsweg naar de velden van DSC. Uiteraard voetbalde zijn zoon bij die club. Meneer had veel vrienden gemaakt in de VS. Hij had nog altijd contact met zijn makkers John Klomp en Frank Simmer in Californië. Frank was head coach van een voetbalclub voor jonge voetballers, John was coach. Zij vroegen Bennie of hij mogelijkheden zag een meerdaags bezoek van hun club aan Diepenveen te organiseren. Bennie was met dat verzoek bij de voorzitter van de Jeugdcommissie van DSC gekomen. De commissie had erover vergaderd en enthousiast gereageerd. En zo was het gekomen dat dankzij Meneer Brandwagt in de twintig jongens tussen de veertien en zeventien jaar in de laatste week van juli ingekwartierd konden worden bij gezinnen met Diepenveense jonge voetballers. ‘Weltevree’ kreeg ook een paar flinke knapen, namelijk David Zimmerman en Paul Levine.

Wat was het mooi de gasten met hun Nederlandse ‘gastheren’ het Amerikaanse Engels te horen ‘knauwen’ en de Nederlandse jongens hun ‘schoolengels’. Ze moesten op een bepaald moment heel erg samen lachen, toen Jan aan Paul vroeg of hij “enough money in his purse” had. Jan begreep niets van dat gelach, tot hij vatte dat hij “wallet” had moeten gebruiken, want dat “purse” als geldbuidel van een man heel dubbelzinnig was. Toen hij dat begreep, lachte hij zelf het hardst.

In de hank op het land van boer Drost organiseerde Meneer Preuter van de Diepenveense Hengelaarsvereniging een viswedstrijd voor de Amerikanen. De firma Van Ginkel, dé zaak op hengelsportgebied, leverde gratis het benodigde materiaal daarvoor. Het werd een groot feest bij prachtig weer. Met auto’s reden ze met de gastgezinnen naar Giethoorn. De Amerikaantjes keken hun ogen uit.

Gevoetbald werd er natuurlijk ook. De Amerikanen konden twee elftallen op de been brengen. Hun eerste elftal won met grote overmacht van de sterkste jeugd van DSC, hun tweede elftal speelde tegen de B-junioren gelijk.

Het was zo zaterdag, begin augustus. Er moest afscheid genomen worden. David en Paul konden bijna niet wegkomen! Ze zaten sip te kijken tijdens de afscheidsspeeches in de kantine van het clubhuis. Meneer Brandwacht stond op de achtergrond te glunderen. Toen Frank Simmer zijn laatste woorden gesproken had, overhandigde hij aan de voorzitter van de jeugdcommissie een prachtig fotoboek: ‘CALIFORNIA’.

De touringcar reed voor. De Amerikanen stapten in. David en Paul namen met tranen in de ogen afscheid. Paul gaf Top een stevige hand en zei: “Jullie wonen hier midden in de bossen! Ik kom hier vast en zeker weer!”

Top kreeg meteen de indruk dat hij inderdaad nog eens komen zou. En hij stapte op Meneer Brandwagt af. Die gaf hem een hand en bedankte hem voor de medewerking. “Ik magge oe wel bedanken”, antwoordde Top. “Iej hebt iets in de club lösemaakt, namelijk het oaver de grenzen van het eigen gedoo leren kieken! Onze club kan hier wat mee. Iej zult zieen dat ter völle meer ideeën lös goat kommen”. Meneer Brandwagt knikte.           

 

Wij gebruiken één cookie, die essentieel is voor het functioneren van deze website. Lees meer: Privacy & cookies.

  Ik accepteer deze cookie.
EU Cookie Directive plugin by www.channeldigital.co.uk