159 Genieten

> Categorie: KONINKRIJK KONKELFOES Gepubliceerd: vrijdag 02 december 2011

Terug op de camping begonnen Eddy, Hans en René weer opgetogen over de belevenissen in Sarrebourg. Ze luisterden allemaal aandachtig. Top was verrast. De mannen hadden zaken opgemerkt die hem volkomen ontgaan waren! Zo vertelden ze dat er zoveel mooie zomerhuizen te zien waren in deze streek en dat zij daar met zijn drieën er best eentje van zouden willen hebben. Het wonen in dat prachtige groene zomerse heuvelland leek hun alle drie wel wat. Ze stonden erbij te stralen van plezier. Op dat ogenblik kwam hun campingbuurman, de heer Clément, aangelopen. Hij kwam afscheid nemen. Zijn vakantie zat erop. Zijn vrouw en kinderen vonden het zo fijn op deze camping, dat ze nog een week zouden blijven of misschien nog wel langer. Zijn vrouw zou hem om vijf uur op de trein zetten in Metz. Zij kon dan de mercedes hier houden. Top vertelde hem wat hij in Sarrebourg beleefd had. “Nu wil ik van U als Fries graag weten wat ‘Hemrik’ en wat ‘Sparjebird’ betekent”. Clément zei eerlijk dat hij dat ook niet wist, maar dat hij wel een poging wagen wilde die namen te verklaren. ‘Sparje’ deed hem denken aan ‘sperren’ en aan ‘sparen’. ‘Bird’ was volgens hem ‘Berd’ of ‘Bert’ of ‘Plek’. Gehoord het feit dat er mensen ‘gespaard’ ofwel ‘bewaakt’ werden, koos hij voor de betekenis ‘Bewaarplaats’. Top genoot van deze uitleg. Gevangenen waren er altijd opgeborgen! ‘Hemrik’ was volgens Clément ‘Heimrijk’ ofwel ‘Welvarend woon- en werkgebied’. Het zou kunnen staan voor een boerderij met vruchtbaar land. Top begreep nu waarom die werkers in de ‘Arbeidsdienst’ daar zo goed landarbeid verrichten konden en hij had plotseling door dat ‘Sparjebird’ een soort kazerne, bewakingskamp of soldatenkampement geweest moest zijn.

Toen Clément weg was, kwam een andere buurman afscheid nemen, een Duitser uit Völklingen; die ging met zijn gezin terug in ‘die Heimat’. Hij was met zijn zoon. En weer was het genieten geblazen: zij hadden hun ‘Steinofen’ afgebroken en ze brachten de stenen en een ijzeren rooster mee. Top kreeg het hele zaakje cadeau! Ze konden het ‘oventje’ zo weer opbouwen! Dat deden Jan en de mannen met liefde.

Het was inmiddels zes uur en Judith stelde voor nu eerst een wandeling om het meer te maken. Nu viel Top ook op dat er veel grote zomerhuizen, tweede woningen, langs het meer stonden. Een tocht te voet om het meer bleek onmogelijk. Na een uurtje kwamen ze weer op de camping uit. Één ding had de wandeling langs het water Top echter geleerd: de tweede huizen hadden een directe rioolafvoer op het meer!

Ze besloten niet in het meer te gaan zwemmen, maar er enkel in te gaan varen met de grote rubberboot.

Helaas konden ze nog geen gebruik maken van hun oventje, waarvoor ze ook de nodige kolen gekregen hadden, want er kwamen plotseling zware buien opzetten die de hele avond aanhielden. Ook dat was genieten in caravan en bungalowtent.

Toen de buien overgetrokken waren, en ze samen in de ondergaande zon stil bij elkaar zaten, klonk er ineens muziek. Het waren de tonen van een altblokfluit. Ze herkenden allemaal de eerste melodie. In het avondrood ging het prinsje naar bed: Schlafe, mein Prinzchen, sclaf’ ein!  Daarna ‘Deux aimants’! Toen ‘Meine Heimat’ met “Wo die Möwen schreien” en zo maar door. De schemer viel in, de duisternis kwam. Een fonkelende sterrenhemel overhuifde de camping. De blokfluit stopte. Wat een gelukkige stilte! Enkel wat krekels waren te horen. Wat een genieten!

Tot na middernacht bleven ze zitten. René fluisterde: “Judith, ik kan de stilte horen, jij ook?” “Ja”, fluisterde Judith terug. “Ssssst …”, siste Jan.

Het werd te fris, vond Top en hij stond op. De anderen volgden … .  

 

Wij gebruiken één cookie, die essentieel is voor het functioneren van deze website. Lees meer: Privacy & cookies.

  Ik accepteer deze cookie.
EU Cookie Directive plugin by www.channeldigital.co.uk