36 Konkelfoezement

> Categorie: KONINKRIJK KONKELFOES Gepubliceerd: maandag 18 juli 2011

Daaronder prijkte nog “Ornitholoog”. Uit de linker zak kwam de tweede witte kaart waar beiden tot hun verbazing lazen Philip Pijper – Perskaart Praatkamer Nationaal – Konkelfoezement Internationaal (Concléfousement International). Flip was van alle markten thuis, leek het. Toen Top boven de tweede zwarte balk ‘Jan van Gent’ tekende, zag hij zichzelf in verticale duikvlucht de geachte afgevaardigden een voor een uit het Konkelfoezement pikken, maar dat was fantasie en dus niet eerlijk. Hij hield zich liever aan de werkelijkheid.

“Wiej loat de wagen stoan en goat nöör het “Konkelfoezement Internationaal”. Het zal döör wel spoedvergadering wèèn. Met de auto goan is te gevöörlijk”, zei hij.

Ze stapten uit. Zorgvuldig sloot hij de wagen af, navoelend of alle ramen en deuren op slot zaten. Toen marcheerden ze de duinen uit en een zandweg in. Vijf minuten later waren ze in de buurt van de BKB-gebouwen, waar de BK, het “Bonte Konkelfoezement”, zetelde. Er was inderdaad vergadering, want er had zich een nieuwe lid-staat gemeld, nu de stand bij de voetbalwedstrijd twee tegen twee was. ‘Natuurlijk is er geen verband’, stond op de aankondigingsborden.

Toen ze de open tuin voor het hoofdgebouw doorliepen, wees de gouden klok boven de monumentale eiken met koper beslagen deur onder de veertien-karaats  gouden luifel drie uur.

Links en rechts van het brede middenpad, dat uit gewassen betontegels gelegd was, lagen gazons, omzoomd door nog kale rozenstruiken, die nog gesnoeid moesten worden. Er stonden laag-bij-de-grondse bordjes met “Verboden het gazon te betreden”. Eén enkele loslopende hond trok zich daar niets van aan en was bezig een bordje met paaltje van zijn watermerk te voorzien. De gazons waren cirkelvormig gerangschikt, een brede weg liep buiten de cirkel. De grootste auto’s konden gemakkelijk tot voor de gouden luifel rijden.

Onder de luifel stond een man in marineblauw uniform. Zilveren tressen sierden hem van hoofd tot voet, zijn platte pet was blauwzwart met oranje klep.

Top en Pat liepen langs hem, de man tikte aan zijn hoofddeksel en vroeg beleefd naar hun legitimatie. Top toonde hem zijn Perskaart Praatkamer en Konkelfoezement en wees naar Pat als zijn secretaresse. De portier accepteerde. Hij opende de deur en liet hen binnen gaan. Ze betraden een reusachtige hal, achtkantig, ieder zijde voorzien van eiken dubbele deuren. Aan de sneeuwwitte wanden hingen portretschilderijen van alle groten der aarde, politiek en militair gezien, een Albert Schweitzer onbrak bij voorbeeld, terwijl toch een stad als Deventer op zijn Brink een standbeeld voor die held had geplaatst. Napoleon, die smiecht, keek vanaf zijn schilderij, de hand borstgekruist, hautain op hen neer.

Boven hen koepelde het glazen gewelfde dak, waardoor ruim licht binnenviel. Tegen de wanden stonden zachte banken met lichte bekleding. Het was stil in de ‘Hall’.

De acht stemmige zwarte bodes voor de eiken deuren wachtten gelaten op de arbeid die nog komen moest. Waarschijnlijk waren de afgevaardigden en de sportbonzen nog niet terug van de wedstrijd, want elk praatgeluid ontbrak. Dit was dus het centrum van waaruit de Bonte Konkelfoes Bond bestuurd werd. Konkelfoes was eigenlijk de afkorting van ‘KONinKlijke ELF OEcumene Staten’. Zij streefden met hun elven naar een beter bewoonbare wereld, die uiteraard langs politieke, diplomatieke en militaire weg tot stand komen moest. Hier was om zo te zeggen het Walhalla van de Bond. Elf staten was trouwens wel erg carnavalesk.

Nadat Top bedankt had voor zijn partij, hadden de nationale en internationale politiek hem nauwelijks nog geïnteresseerd; hij was volledig opgegaan in zijn werk. Dat werken maakte hem al moe genoeg!

 

Wij gebruiken één cookie, die essentieel is voor het functioneren van deze website. Lees meer: Privacy & cookies.

  Ik accepteer deze cookie.
EU Cookie Directive plugin by www.channeldigital.co.uk