6 BKB

> Categorie: KONINKRIJK KONKELFOES Gepubliceerd: zaterdag 07 mei 2011

De BKB

 

 

Staande in de lift van het BKB, Betere Kokerliftenbedrijf, bereikte hij de begane grond. Hij verliet de lift, groette in het voorbijgaan een heer die met zijn hondje naar boven wilde. Een gewoontegebaar, want hij kende niemand uit zijn trappenhuis. Er volgde een korte wandeling naar zijn autobox. Even nog keek hij om naar vrouw en dochter, die boven voor de ramen van eet- en slaapkamer hem nazwaaiden. Toen zette hij de pas erin.

Voor een enkel raam hingen nog de biljetten van de voorbije verkiezingsstrijd. Jongens en meisjes van ‘links’ en ‘rechts’. Er waren mensen van verschillende partijen commissaris van de BKB. Kiene lui waren dat, die begrepen dat vooruitgang gestimuleerd moest worden.

Stilstand betekende achteruitgang, hoewel het dat niet letterlijk betekende. Het was gewoon een werkhypothese. Dat gezegde deed het! Ook deze: Een volk dat leeft, bouwt aan zijn toekomst. Dat had hij eens gelezen ergens op een monument, waar wist hij niet meer. Dat deed er ook niet toe. Het was de simpele waarheid. En bouwen aan de toekomst deed je enkel in het bedrijfsleven! Werkte je bij de overheid, gemeente, provincie, rijk, dan vrat je uit de staatsruif. Daar wilde de overheid zelf gelukkig een eind aan maken! Marktwerking, bedrijfseconomie, privatisering, dat waren de sleutelwoorden. Wie uit de staatsruif vrat, moest zo zuinig mogelijk behandeld worden! Dat was gezond voor het land!

Wat moest er bijvoorbeeld van zijn eigen stad terechtkomen, als de vestiging van BKB-bedrijven hier stagneerde? Men was bezig de randgemeente van zijn stad op te heffen, maar … die procedure van opheffing scheen te mislukken. Hij moest er niet aan denken dat die opheffing niet door zou gaan. Geen fabrieken, geen inwoners, stagnering van de woningbouw, sluiting van winkels. De stad zou sterven dan, haar doodvonnis was geveld. Het was allemaal een kwestie van logisch redeneren. Argumenten moesten tegenover argumenten gesteld worden. Wat het zwaarst was, moest het zwaarst wegen.

 

Zo, hij was er. Even de deur open van het Betere Kanteldeurenbedrijf, instappen en wegwezen.

Voorzichtig achteruitrijdend reed hij de box uit. De deur sloot automatisch. Verfijnd bewijs van een verfijnde vooruitgang. Zijn zoon zou zeggen: “Bewijs van decadentie!” Dat vond hij toch zo negatief klinken!

Een pracht van een wagen had hij, merk “BesteKarBouw”, praktisch geruisloos, sterk als een os, sneller dan een hinde, slank als een windhond; met automatische aandrijving, cruisecontrole, schuifdakbediening, alles verder elektronisch. Zijn zwager was stinkend jaloers. Die kon zich zo’n wagen niet veroorloven. Die werkte in “De Zorg”, die moest van de kruimeltjes leven die van de welgevulde ondernemerstafels vielen. Bonussen waren er voor die tak van ‘bedrijf’ er ook niet bij, enkel bij de managersfuncties. Daar ging het wel om tonnen en miljoenen! Dat was feitelijk een schandaal! Het leek wel de BKB! Dat moest toch niet kunnen!

Al zijn vertegenwoordigers hadden zo’n wagen als hij. Daarmee was het image van het bedrijf bepaald. Dat zag je zelfs bij de overheid. De indruk die de buitenwacht krijgt, is heel belangrijk. Dat had hijzelf gemerkt. Een aantal jaren was hij lid geweest van een politieke partij, welke dat deed er niet meer toe. Het was mede een weg geweest om iets te bereiken. Nu hij deze topfunctie had, was die partij slecht voor zijn image. …

    

 

Wij gebruiken één cookie, die essentieel is voor het functioneren van deze website. Lees meer: Privacy & cookies.

  Ik accepteer deze cookie.
EU Cookie Directive plugin by www.channeldigital.co.uk