Pionnen onder de Preekstoel 31

> Categorie: Pionnen onder de Preekstoel Gepubliceerd: maandag 14 maart 2011

In het atelier was ondertussen met regelmatige tussenpozen de heer Magnaat bezig zich uit te leven in bulderend lachen, terwijl zijn bemanning zich gedroeg als de zwijgende meerderheid die precies doet wat “Mijnheer” beveelt. De medewerksters achter hun snorrende machines werden zo aangestoken door zijn vrolijkheid, dat ze een voor een hun werk lieten voor wat het was en lachend zaten te luisteren naar de opmerkingen die hij de ruimte in slingerde. Magnaat had snel zijn keus bepaald uit de kleurenfoto’s van de uniformen die De Vree hem liet zien. De duurste blauwe kleding had hij voor zichzelf en zijn mannen gekozen.

“Potjesgeld genoeg! … Ha.., ha…, ha…., Haaa…. !” Hij liet de maat nemen zonder een moment te aarzelen. Wat hij zich voorgenomen had, moest zo gauw mogelijk gebeuren. Bij het meten gedroeg hij zich als een gelukkig kind dat nieuw speelgoed krijgt. Zijn gezicht straalde blozend bruin tussen zijn grijze haren. Zijn korte baard sprong van plezier op en neer bij iedere beweging van de onderkaak. Zijn bemanning liet zich gelaten behandelen als schapen die ter slachting geleid worden; ze bleven heel dicht bij elkaar in de buurt. Vooral toen de binnenmaat van zijn broek genomen moest worden, waren Magnaats lachuitbarstingen niet van de lucht.

“Maak er grote zakken in … ha, ha, ha, haaaa …, broekzakken, voor het zakgeld, voor het broek – zak – geld, … ha, ha, ha …, haaa …..”. Na het meten zocht hij in de vitrine de imitatie-onderscheidingen uit die hij op zijn uniformjas wenste. Met schitterende ogen nam hij de glinsterendste medailles en kleurrijkste lintjes. Glanzen wilde hij als geen ander heer. “Mijn schip glanst, … ha, ha, ha, …, haaa …, mijn broekzakgeldpotjes glanzen, .. ha, ha, ha, … haaa; ik wil glanzen! … Ha, ha, ha … ‘haaaa …..”.

Op de toon van “Wat heb ik toch een fijn geheim”, herhaalde hij: “Broek – zak – geld – potjes”, en peinslachte nog wat na. Toen ze de hele bestelprocedure achter de rug hadden en op kantoor het contract getekend werd, zette de heer Magnaat achteloos zijn signatuur, met de woorden: “Over veertien dagen moeten ze klaar zijn, … ha, ha, ha, ….. haaaa …”. 

Voor zesduizend euro had hij besteld, exclusief belasting toegevoegde waarde. Toen verdween het slagschip met in zijn kielzog de mijnenvegers. 

“Gelukkig mens”, zei Ada Weekamp, toen hij verdwenen was. “Dat wat op ’s herten grond leit, dat welt hem naar de keel”, vulde Mark poëtisch aan.

“De spelende mens, homo ludens”, voegde Bob eraan toe. “Lijdt niet aan overbelasting”, eindigde Karel dubbelzinnig.

Precies twee weken daarna konden de vijf zeelieden hun uitmonstering meenemen. In Gala De Vree hield men van snel en accuraat afwerken. Alle medewerkers ontvingen een persoonlijke uitnodiging van Magnaat een dag op het grote wit glanzende slanke jacht door te brengen, als dank voor de bewezen “Trekkersdiensten, … ha, ha, ha, … haaa … “, welke invitatie zij graag aanvaardden.

Met een bus gingen ze naar de jachthaven van de hoofdstad, waar “TREKKER” trots voor anker lag.

Toen ze op de kade stonden en het prachtige jacht zagen liggen, wilden ze wel even stil worden van de verhevenheid die door het een eind van de wal liggende gevaarte uitgestraald werd.

“Een aardig bootje “, van Karel, riep hen tot de werkelijkheid terug en ze begaven zich giechelend en lachend aan boord van de twee grote sloepen, die hen over voeren. Aan dek, met zijn machtige handen op de reling, stond Magnaat al te wachten: “Welkom, welkom op de Trekker, die zo fijn hier aan zijn ketting hangt, … ha, ha, ha, ….. haaaaaa!”

Hij nam hen mee voor een verfrissende dronk in de half benedendeks gelegen ontvangstzaal, die er rijk en comfortabel uitzag.  

 

Wij gebruiken één cookie, die essentieel is voor het functioneren van deze website. Lees meer: Privacy & cookies.

  Ik accepteer deze cookie.
EU Cookie Directive plugin by www.channeldigital.co.uk