"Dan ga ik ... " ... 1943

> Categorie: Een Deventer jongen in oorlogstijd Gepubliceerd: vrijdag 16 oktober 2009

  "Dan ga ik naar een andere boer", zei Vader. Hij kreeg zijn zin. Met een kilo boter en veertig pond rogge, om in de koffiemolen te malen voor rogge­brood, dat een neef van Vader bakte in zijn bakkerij, en voor roggepap, en nog een zij spek, fietsten ze terug naar Deven­ter. Nu moesten ze nog zien dat ze met de spullen in huis kwam­en. 't Was wel haast winter en koud, maar daar trok de landwacht zich niets van aan. Ze hadden allang gezien dat er bij 'De Molen­enk', de villa van Ankersmit aan de Boxber­gerweg, twee landwach­ters stonden te posten, om mensen met eten tegen te houden en het in beslag te nemen. Soms namen ze de fiets dan ook nog in beslag, als er tenminste nog goeie banden op zaten. Gerrit kende 'De Molenenk', doordat er een jongen van Ankersmit, Hendrik Jan, bij hem in de klas zat. "We moeten maar door het 'Smokkelpaad­je' gaan", zei Vader, die Gerrits gedachten zeker geraden had. Dat was, waar ze nu de laatste keer de Wetering over moesten. Er was daar een heel smal paadje met hoge populieren er langs, dat rechtsaf door de weilanden leidde, tot bij 'Het Löken' in het Nieuwe Plantsoen. En zo gebeurden het. Hier, in dat paadje, was het moeilijk fietsen met een zij spek ach­terop, dat had Gerrit wel  in  de gaten. Voor je het wist, zat je in het prikkeldraad. Maar ze kregen het allemaal toch voor elkaar. Over de Lookersdijk, de onbewaakte overweg, de Zwolseweg, de Salland­straat en de Lange Zand­straat reed, zoals Vader zei, "de karavaan uit Egypte weer naar huis." Moeder stond al op de uitkijk met Käreltjen aan de hand. Ze had zich niet ongerust gemaakt, zei ze, maar ze vond wel dat ze lang weggebleven waren. 

De volgende zaterdag moest Gerrit al weer op de fiets, maar nu een beetje verder: naar Zutphen; dat was vanaf het huis aan de Ravenstraat ongeveer zestien kilometer. Met die stukken op de buitenbanden was dat zestien kilometer hoep, hoepe-hoep. Ga er maar aan staan. Maar hij moest wel, want hij had geen schoenen meer en de aanvraag voor een bon voor een paar nieuwe was afgewezen, want ze zeiden dat hij er pas wat gehad had. Op zijn stamkaart was het hokje daarvoor inderdaad een keer aangekruist. 

"Dat heeft zo'n NSB-ambtenaar je een keer geflikt", zei Vader, "die heeft toen zelf een bon in de zak gestoken!" Niets aan te doen. 

"Je fietst zaterdag maar naar Ome Gerrit in Zutphen; die heeft er nog wel een paar voor je; dan kun je gelijk de mijne mee­nemen om nieuwe zolen en hakken onder te laten zetten", ver­volgde Vader.

Gerrit kende de weg wel. Hij was wel vaker naar de Groenmarkt in Zutphen gefietst. Hij wist nu ook dat Ome Gerrit een neef van Vader was. Gerrits opa, Opa Kuijk, kwam uit Lichtenvoorde. Van daar was hij omstreeks achttientachtig naar Deventer gekomen als timmerman. Een van zijn broers werd schoenmaker en ging voor 'Sterenborg' een zaak in Zutphen behe­ren. Ome Bernard heet­te hij. Zijn zoon, Ome Gerrit, koos het vak van zijn vader en had nu een eigen zaak aan de Groenmarkt.

Gerrit kreeg twintig gulden mee; dat zou meer dan genoeg zijn voor een paar lage schoenen en Ome Gerrit zat niet in de zwarte handel. Daarvoor was hij te eerlijk. Op de fiets langs de IJs­sel, over het Pothoofd, langs de gasfabriek, door Gorssel, kon je heerlijk denken en vooral nu. In deze vroege winter stonden de Engelsen al in Italië, vanaf 3 september; daar kon het niet lang meer duren. De moffen waren in Rusland al terug geslagen tot over de Dnjepr. De Japanners kregen in Azië flink op hun donder van de Amerikanen. De viermotorige bommenwerpers begonnen met zijn honderden tegelijk Moffrika plat te gooien. Daar rilde hij van. Ja, natuurlijk rilde hij in zijn versleten jas ook van de kou. Maar dat was niet zo erg. Hij rilde nog meer van de gedachte dat hijzelf zo'n lading bommen op zijn petje zou krijgen. Hij wist eigenlijk wel wat dat was, want een van de Engelsen, Amerikanen of Cana­dezen hadden Deventer een paar keer gebombardeerd en hadden daarbij nog wel eens naast de spoorbrug en het koelhuis gemikt. De ramen splinterden dan door het huis.

Hij zag de oude Opa Van der Kemp weer aankomen na zo’n bombardement.



 

Wij gebruiken één cookie, die essentieel is voor het functioneren van deze website. Lees meer: Privacy & cookies.

  Ik accepteer deze cookie.
EU Cookie Directive plugin by www.channeldigital.co.uk