Springewip
Vroeger was in mijn oren en ogen het geschreeuw en het beweeg op de speelplaats bij de school waar ik werkte luider en verwarrender in de herfst dan in de andere seizoenen. Vooral eind september en heel oktober voelde ik me buiten bijna ondergaan in de drukte. Mijn kinderen wilden dat onstuimige graag voortzetten in de klas. Maar daar was ik gelukkig de 'baas'. De orde werd door mij klassikaal gehandhaafd. Ik herinner me nog een zo'n 'binnendag'. Dat komt door een opmerking van Johan. Hij zat vooraan in mijn klas. Het was een hoeklokaal dat met de hoek op het noordwesten lag. De wind was als een horde meisjes, die aan het springen, dansen en zingen waren en tegelijkertijd als een troep belhamels met vernielzuchtige bedoelingen. Kortom, de wind gedroeg zich als een stel spring-in-het-velds, maar ook als een troep kwajongens. Mijn moeder zou zeggen dat de wind zich gedroeg "as een stelletjen blagen, dee mien het blood onder de nègels vandan haalt".
Ogenschijnlijk rustig stond ik voor de klas, waar het stormgedrag zich voortzette. "Pennen neer", commandeerde ik, "luisteren!" Het laatste sprak ik met veel stemverheffing. "Ik barst haast van kwaadheid om jullie gedrag .... ". Toen mijn zin helemaal voltooid was, hoorde ik de stem van Johan: "Als U dat dan maar niet in de klas doet, want dan zitten wij met de rotzooi!" De klas barstte in lachen uit. Meneer ook! Het werd een fijne dag.
Ik sta bij een basisschool nu. Dit alles schiet me te binnen bij het zien van de oorverdovende chaos op het schoolplein. Meisjes en jongens springen, dansen, zingen, schreeuwen, hangen aan het klimrek, zitten op de 'ruilen', een Veluws woord voor schommels, die in Epe nu nog weleens 'tiltalters' genoemd worden. 'Springewips' en 'belhamels' zie ik, om meisjes en jongens even van elkaar te onderscheiden. 'Springewips' is Twents voor jonge meisjes; dat weet ik. En ik begrijp die naam. Ik zie vaak genoeg meisjes dansen bij muziek van een recorder-bandje of van een cd. Jongens doen dat in het algemeen minder. Het Oudsaksische 'springan' betekent al zich in de lucht verheffen. 'Wippen' is ook springen. Het is een versterking van het Middelnederlandse 'weiven', 'woeiven', 'wiven', die zwaaien betekenen. Het woord 'springewip' geeft eigenlijk de bewegingen die een dansend meisje maakt, dubbel weer, maar '-wip' voegt aan de bewegingen iets toe.
In Salland werd vroeger het woord 'wipse' gebruikt voor een jong meisje. Een tante van mij werd in haar jeugd aangeduid met 'een aerdige, fiene wipse'. Dat aerdige spreekt voor zich. 'Fiene' staat voor het Nederlandse 'fijne' in de betekenis van fijn gebouwd of tenger. 'Springewip' vind ikzelf een veel mooier woord dan 'wipse'. Het laatste woord doet me te zeer aan 'wippen' denken met een weinig gunstige gevoelswaarde. 'Springewip' heeft feitelijk niets herfstachtigs; het heeft wat van de lente: de wereld bloeit opnieuw op, springt open. Ik ben in de lente nooit in Engeland geweest, maar ik kan me voorstellen hoe daar de 'spring' is. Dat lente-achtige hebben 'springewips'. Ik zie dat ook bij mijn kleindochtertjes, die op het schoolplein tussen de andere kinderen mee huppelen. En daar hoor ik warempel ook nog het liedje van de 'springer-in-het-veld'! Ik zing in mijn hart mee: "... Daar komt de kleine springer-in-het-veld ... ". Ik zou hier toch niet meer in passen, midden in die jonge wereld van springers, die zich nog in de lucht verheffen willen of moeten. Mij past het waarnemen van die wereld. En dat doe ik dan ook tot de kinderen naar binnen gaan. Mijn drie kleinkinderen zwaaien nog even naar Opa. 'Springewip', denk ik, leuke aanduiding van een meisje!