Sjekkerd
Mijn jeugd als ondeugend jongetje. Daar moet ik plotseling aan denken, als ik in mijn boek het woord jacket tegenkom. Een kennis van een oom had "gold in de mond ekregen", zoals mijn oom dat uitdrukte. Vier tanden en kiezen waren bij hem met goud bekleed. Ze hadden een twinkelende mantel gekregen, waardoor de kronen als van goud leken. "Golden kronen hef e!" riep mijn oom, maar er klonk geen afgunst in zijn stem, eerder spot en afkeuring. "Dan zal hee altied wel jong blieven", zei iemand. Woorumme dan? "De morgenstond heeft goud in de mond". Iedereen lachte. Ik weet niet meer of ik al geleerd had dat een jacket een omslag van een boek was om het uiterlijk ervan meer aanzicht te geven, maar dat een jacket een kunstkroon op een kies was, wist ik. Alleen zei ik er geen "dzjekket" tegen, maar "sjekket", wat weet een jongen van acht over de uitspraak van Engelse woorden? Weinig, in zesendertig.
Ik moet mijn boek maar eens even wegleggen, Want ik moet hier wat over nadenken. Die mijnheer met die tandomslagen had niet enkel sjekkets in de mond, maar ook aan zijn lichaam. In de winter droeg hij een flitsende pofbroek, een korte jekker - een Engelse visgraat - met een zacht gekleurde wollen sjaal een enkele maal om de hals geslagen. Hij liep snel, "hee sjekkerden", zeggen ze in enkele Nedersaksische streken, alsof hij op eieren liep. Zijn neus stak hij hoog in de wind. Wij, jongetjes, waren lucht voor hem. Volgens ons was hij alleen maar verbeelding. Hij was een echte - ja, dat woord gebruikten wij toen - sjekkerd. En dat riepen wij hem na. Raar eigenlijk, denk ik, een fraai omslag om de waarheid te verbergen heet een 'sjekket', de man met de jackets 'sjekket' door de stad, iemand die door uiterlijke gedragingen en omslagen zijn verbeelding doet blijken heet in het Deventers een 'sjekket'. Ik stel vast dat er niet gezegd kan worden, dat er slechts gelijkheid in klank is. De genoemde woorden hebben daarvoor teveel gemeenschappelijks in betekenis: uiterlijk vertoon en verbeelding. Meer kan ik niet direct constateren. Ik ken nog een woord 'sjek'. In het Nederlands wordt dat gespeld s-h-a-g. Onze kruidenier zei vroeger "sjach". Maar een sjekkerd heb ik nog nooit een sjekkie zien roken; die rookte virginia-sigaretten, als het even kon met kurkmondstuk. Hij hield de gifstengel tussen wijs- en middelvinger, met de pink hemelwaarts. Ik weet nu waarom.De gedachte aan shag naast jacket doet me met beide benen op de grond belanden. Ik schrijf alle mij bekende woorden in dit sjek-verband maar eens op: jacket, sjekken (opscheppen), sjekkerieje (opschepperij), sjekkerd, sjekkeren, shag (sjek).
Dan draai ik in gedachten een sjekje, dat heb ik eeuwen geleden voor het laatst gedaan. Dan zie ik plotseling voor me hoe shag sjek geworden is bij mij. Sigaretten waren voor een kwekeling als ik te duur. Toch moest ik mij een houding geven. Ik kocht goedkope shag. Nu weet ik dat ik dat deed voor de sjek, voor de verbeelding die mij dan schoolmeester liet zijn, voor de opschepperij. En voor het zijn van een sjekkerd hebben vele uiterlijkheden een rol gespeeld. Het is helemaal niet van belang waar het woord sjekkerd vandaan komt. Het is belangrijk of een mens weet of hij een sjekkerd is. En dan heb ik het over mannen en jongens, want het woord sjekkerd heb ik voor vrouwen nooit horen gebruiken, want die kunnen, zeker als ze zelfbewust zijn, niet zonder uiterlijke 'omslag en verfraaiing'. Geen mens zal dat ooit vernederend "sjekken" noemen. De meeste mensen beoordelen anderen naar hun uiterlijk. Vrouwen mogen daar heel veel aan doen; mannen niet. Als ik mijn kistentuug draag, zal niemand zeggen: "Sjekkerd". Want de zondagse kleding is traditioneel, maar mijn mooie dure vest maakt mij tot sjekkerd. Afgunst?