Duust
'Doelstelling: Stichting Regiocontact Vecht Veluwe IJsselstreek heeft ten doel het organiseren van recreatieve activiteiten die de aandacht vestigen op waarde, van wat men om zich heen kan waarnemen in het gebied van de Overijsselse Vechtstreek, de IJsselstreek, Veluwe en Flevoland. Dit doel tracht de stichting te bereiken door het organiseren van voor ieder toegankelijke evenementen, welke niet op de eerste dag der week zullen plaatsvinden, bestaande uit bijeenkomsten en/of tochten in recreatieve vorm, waarbij het aan de streek eigene zoveel mogelijk onder de aandacht wordt gebracht.'
Ik lees zomaar een paar regels uit de statuten van de stichting, en ik realiseer me plotseling dat tot genoemde 'waarde' uit deze streken ook het Nedersaksisch behoort. Ik ben benieuwd of ik op deze jaarvergadering op deze zaterdag in november wat van onze taalcultuur opmerk, en of ik er wat mee kan doen. Ook creatief wil ik nu eenmaal graag wat meepikken. De vergadering wordt gehouden in Twello. We worden ontvangen door de burgemeester van Voorst. Hij heeft voor culturele voorlichting gezorgd over de monumenten in zijn gemeente. De voorlichting over de monumenten is zeer goed. Na de vergadering in het Stationskoffiehuis wonen we een mooi concert bij op het orgel in de Ned. Herv. Kerk: voortreffelijk. Dan rijden we naar de R.K.-Kerk in Duistervoorde. We worden er ontvangen door Theo Kupers, wiens naam ik nooit meer vergeten zal. Als we namelijk in de kerk zitten, wacht hij rustig tot we allemaal naar hem kijken. Dan begint hij met: "Duistervoorde, dames en heren, een naam die verklaarbaar is, maar die zich verliest in eeuwen Twellose geschiedenis. De duust of ruig begroeide plek, die in en langs de Twelse Wetering lag, en waar dat water doorwaadbaar was. Een voorde is immers een doorwaadbare plaats". Mijn hart springt op: eindelijk weer eens een mens, die bij het begin begint, de naamgeving aan de zaken, mogelijkheden, moeilijkheden, waardoor we weten waar we het over hebben. Ik besluit meteen aandacht aan 'duust' of, na ongeveer zestienhonderd, 'duist' te besteden. Ik begin er in mijn hoofd dadelijk aan te werken, al luisterend naar heer Theo, want wat hij over kerken weet te vertellen is geschiedkundig niet 'misselijk', om maar eens een Saksische uitdrukking te gebruiken. Ik weet dat doest of duust de naam is voor een Middeleeuwse graansoort, ook wel spelt geheten. De vossenstaart, een plant, nogal ruig aanwezig in die tijd, werd eveneens duist genoemd. Het Middelnederlandse doste is een bloemtros. Doest of donst is stuifmeel, maar tevens plantenhaar. Bij dat laatste ligt dan weer de verbinding met 'ruig begroeid'.
Deze dag kan voor mij niet meer stuk. Regiocontact komt op taalgebied zijn doelstelling na, al weet de stichting dat misschien niet. En nu ik toch met duist bezig ben, kan ik me na deze vergaderdag verder in duust verdiepen. En wat ontdek ik? Duist is familie van duim, dij, duizend, woorden met als grondbetekenis gezwollen of dik, denk aan het Latijnse ,tumidus. In het Oudsaksisch is 'thumo' duim. Dan is dus in wezen een 'duust' een 'ruige, behaarde zwelling (bank)' in het landschap. Ik vind dat ik er maar niet meer over vertellen moet, want Regiocontact is wel leerzaam maar ... recreatief; in wezen moet mijn rubriek dat ook zijn. Enkel wetenschappelijke gegevens verstrekken voert tot oververzadiging van de lezers, terwijl ik juist 'hongerig' maken wil. Ik moet nog maar eens overwegen, hoe ik Duistervoorde zal verlichten, om aan te geven dat duister hier niets met donker te maken heeft. Ik ga er maar eens echt voor zitten en ... begin.