129 Beet

> Categorie: KONINKRIJK KONKELFOES Gepubliceerd: vrijdag 21 oktober 2011

In de stuurhut gingen ze zitten afwachten wat er gebeuren zou. Top voelde zich gespannen. Hij keek opzij naar Tine en Jos. Hij zag dat ze er net zo aan toe waren als hij. “Het kump allemoale wel goed”, zei hij. “Tuurlijk”, antwoordde Tine en Jos knikte. “Ik griepe veur de zekerheid de bootshoake en hale de loopplanke in”, zei Jos. Hij wipte de loopplank met een handige beweging op en hij trok die binnenboord. De bootshaak nam hij als een hellebaard in de hand. Top moest lachen ondanks de gespannen toestand: Jos in zijn korte sportbroek, petje op zijn kop en de bootshaak als een speer in de hand!

Op dat moment begon de voorstelling aan de overkant. Een motor met zijspan met twee politiemensen reed tergend langzaam voor het pand. Van de andere kant kwam er nog eentje. Een volkswagen ‘kever’ kwam nu langsrijden en stopte een paar huizen verder. Er stapte een politieman achter uit met een karabijn. De ‘motormuizen’ begaven zich naar de voordeur en de deur van het souterrain. Een van de agenten drukte lang op de bel. Top kon de bel op het schip horen rinkelen. Toen hij omkeek, zag hij hoe met grote vaart de RP 21 op hun schip kwam afstuiven en pas op het laatst ‘terugsloeg’, gehoord het motorgeraas. Toen lag het schip plotseling stil.

Er werd niet opengedaan. Plotseling ging boven in het pand een raampje open en een schot viel. Een ruit van de ‘kever’ ging aan diggelen. Er werd stante pede gereageerd. Boven in het huis klonk een kreet. Een geweer viel uit het venster. De vier motoragenten sloegen een paar ruiten in en waren meteen binnen. De voordeur vloog open en drie mannen rolden over elkaar buitelend de stoep op. Ze renden de straat op en wilden in het water springen, maar … er lagen enkel schepen aan de kade. Ze sprongen naar de ‘Sint Joris’, … ze vielen tussen de wal en het schip. Koos en Gerrit sprongen van de RP 21 meteen over op Sint Joris. “Beet”, zei Gerrit. Hij nam de bootshaak van Jos over en arresteerde nummertje één, twee en drie door ze eenvoudig met de haak aan de kleren uit het water te trekken. Koos sloeg er twee aan elkaar in de boeien,  de derde bevestigde hij aan de reling. Toen legde hij de loopplank uit en de beide mannen gingen hun collega’s assisteren.

Top zag dat de agenten al naar boven geweest waren, want ze kwamen het huis uit met de schutter. Diens arm hing slap naar beneden. De man in de ‘kever’ moest een scherpschutter zijn; dat kon niet anders. De hele actie had nog geen tien minuten geduurd. Dat was maar goed ook, want het begon al te schemeren.

Even later kwam er een donkere arrestantenwagen voorrijden en de vier, waarvan drie kletsnat en wel, werden netjes opgeborgen. Ze werden nog even met Top, Tine en Jos geconfronteerd, maar die kenden hen geen van vieren. De drie natte ‘offers’ kregen trouwens een warme paardendeken om en de vierde kreeg de bovenarm netjes verbonden. Top zag wel dat vier paar ogen meer vuur spuwden dan de draak die Sint Joris te lijf moest!

Toen pas zag Top wat twee schoten vermogen. De kade was vol mensen gestroomd! Toen de boeven instapten, kreeg de politie een geweldig applaus! Er werd zelfs gejuicht! ‘De politie is je beste kameraad’, werd er geroepen.

Toen de rust was teruggekeerd, wilden ze weer aan boord gaan evenals Koos en Gerrit trouwens, maar een hand legde zich op Tops schouders. Hij keek om. Een vriendelijke inspecteur van politie zei: “Ik ben Eric, Eric met een ‘see voor kaa’, Nordholt en ik ben afgestudeerd socioloog. Mag ik U een interview afnemen? Ik wil zo graag vernemen hoe U met Uw familieleden dit avontuur beleefd hebt”.

“Tine, Jos, mag deze inspecteur ons interviewen?” “Tuurlijk”, zei Tine. “Tuurlijk”, zei Jos. En ze gingen aan boord. Het werd een ‘mooie’ avond.

 
 

Wij gebruiken één cookie, die essentieel is voor het functioneren van deze website. Lees meer: Privacy & cookies.

  Ik accepteer deze cookie.
EU Cookie Directive plugin by www.channeldigital.co.uk