111 Hengelen

> Categorie: KONINKRIJK KONKELFOES Gepubliceerd: zaterdag 01 oktober 2011

De zaterdag na het bezoek van Brits Jansen zat de heer Preusterink bij de familie Meester aan de koffie. Hij stelde zich voor als Henk Preusterink en wenste, zei hij, geen ‘Meneer’ genoemd te worden. Top herkende hem onmiddellijk, hoewel hij zijn achternaam niet kende. “Iej hebt wel ens noast mien ezèten bie viswedstrieden van onze hengelvereniging. Wist ik da’j Preusterink vanachter heetten! Bin iej een zönne van diee Preusterink diee in het huus van Pasman de schilder ewoond hef?” “Ja, möör mien Vaa is al in zesenvieftig oaverlejen”.

Henk bracht het adres van de leprakliniek mee en het nummer van de bankrekening waarop bijdragen gestort konden worden in Makassar en … hij vertelde meer over ‘Tante Zwaantje’, zoals hij haar noemde.

“Iej mot weten dat mien Opa Preusterink de vader is van Zwaantjen. Diee was getrouwd met Lucretia Lankkamp. Diee kwam van Averlo. Haar vader, Meester Lankkamp wier doa in achttien tweeënzestig heufd van de openbäre schole. De huzen van Opa Preusterink en Opa Lankkamp bestoat nog. Opa Preusterink woonden in ‘De Flitse’ an de Oranjelaan. Dat wären vier huuskes, het witte scheultjen met woonhuus in Averlo is ter oke nog. Goa moa kieken an de Avergoorse diek in Averlo. De gemeente Diepenveen hef dus in Zwaantjen de Boer een illustere noazaat opelèverd, oke al is zee in Dèventer geboren. Dat huus is ter trouwens ook nog, an de Boxbergerweg, bie de viaduct! Veur Zwaantjen mot in Israël nog een boom eplant wèèn”.

Henk wou ook nog over iets anders praten, bleek al gauw, namelijk over vissen. Als Top nog viste, als hij nog lid van de vereniging was, als hij nog jaarlijks zijn visakte op het gemeentehuis haalde, dan had Henk een wens. Een paar jaar geleden gingen hij en drie kaartvrienden jaarlijks op baars vissen in het Ganzendiep. Dat was altijd een prachtig uitje geweest. Ze gingen dan met twee auto’s, want ze namen hun dames mee. Die gingen in Zwolle of in Kampen winkelen en de mannen gingen heerlijk een paar uur vissen. De buit, heerlijk om te eten, bestond soms uit wel vijftien baarzen. Maar dat was niet het voornaamste. Zo’n vakantiemiddag! Wat gezellig! Nu had hij die kaartvrienden niet meer. En hij zocht een nieuwe visvriend. Hij ging weleens vissen met zijn beide zoons, maar dat was toch anders. Als Top met hem wou gaan vissen. Dat zou fijn zijn!

Top begon te lachen. Hij zei dat hij nog ieder jaar zijn visakte verlengde of vernieuwde, dat hij zeker graag naar bijvoorbeeld het Ganzendiep rijden zou. Hij moest bij Van Ginkel in de Dorpsstraat wel nieuwe spullen aanschaffen, want die van hem waren helemaal verouderd. Verder had hij het laatste jaar zijn vergunning voor vissen in bepaalde wateren nog niet opgehaald. Dat moest hij dan maar gauw doen, vond Henk. Hij was  blij dat Top hem en misschien Rie, zijn vrouw, rijden wilde. Als Tine ook meeging, konden de dames samen ergens gaan winkelen! Zo werd afgesproken. Top zou na de eerste november Preusterink bellen, wanneer ze konden gaan!

Toen Henk weg was, fietste Top eerst langs het ‘Strepenkamp’. Daar woonde de heer Preuter, bestuurslid van de hengelsportvereniging in Diepenveen. Gelukkig was hij thuis. Top vroeg hem of hij zijn lidmaatschapsbijdrage wel betaald had over vierenzeventig. Dat bleek het geval. Meneer Preuter gaf hem zijn kaart. Toen fietste hij naar Van Ginkel. De jonge meneer, die wat hengelen en hengelsport betreft alles wist, lichtte hem prima voor over wat voor het vissen met één hengel allemaal nodig was. Top hoorde van hem hoe steeds meer mensen juist van de Diepenveense hengelsportvereniging lid werden, omdat ze in Diepenveen zo’n uitstekende hengelsportzaak hadden. ‘Van Ginkel’ was een begrip in de regio.

Tevreden fietste Top naar huis. Tante Zwaan, hengelsport: waarin een kleine gemeente als Diepenveen al niet groot kan zijn!

 

Wij gebruiken één cookie, die essentieel is voor het functioneren van deze website. Lees meer: Privacy & cookies.

  Ik accepteer deze cookie.
EU Cookie Directive plugin by www.channeldigital.co.uk