74 Kerstboom

> Categorie: KONINKRIJK KONKELFOES Gepubliceerd: donderdag 25 augustus 2011

Donderdag, de twintigste december, reed Top na de morgenschaft met zijn auto met aanhanger naar “Kwekerij Berends” om een zilverspar te kopen. Hij had nog een grote houten kuip, doorsnede één meter veertig, die net in het aanhangertje paste. Hij wilde in de dagen van Licht, Kind en Vreugde letterlijk het Licht in de kamer laten stralen.

Hij moest ook naar Frederiks, want helaas moest hij elektrische kaarsen hebben, omdat vetkaarsen aanleiding tot brand zouden kunnen zijn en dat wilde hij met zijn rieten dak en de hooiberg op het erf beslist voorkomen.

Eerst reed hij naar de Schapenzandweg, naar Berends, zette daar zijn wagen neer op de parkeerplaats en wandelde naar Frederiks aan de Dorpsstraat. Daar was het een drukte van belang! Frederiks verkocht vuurwerk! Zelf had hij thuis afgesproken dat ze geen vuurwerk zouden afsteken met het oog op brandgevaar! Hier liepen de mensen in en uit om knal- en siervuurwerk te kopen zolang de voorraad strekte. Het mocht gelukkig nog niet afgeschoten worden zo lang voor Oud en Nieuw! Toch waren er al kinderen en pubers die zich niet aan het ‘vuurwerkverbod’ stoorden en er al lustig op los knalden.

Hij ging naar binnen. Er waren snoeren kerstkaarsen te kust en te keur. Hij zocht twee dozen met ieder vijftien kaarsen uit. De kaarsen waren niet parallel verbonden, maar in serie, zodat alle kaarsen uitvielen, als er eentje kapot was, per snoer dan. Dat kwam goed uit, vond hij.

Hij moest zeker vijf minuten wachten voor hij afrekenen kon.

Henk en Dicky hadden geen tijd voor een praatje, dus ging Top maar snel door naar Jan Berends.

Jan stond hem al op te wachten: “Iej wilt een kerstboom in diee tonne? Ik wete nieet o’j diee döörin wel oaverholden kunt, want dat zal oew bedoeling wel wèèn”. Top knikte. “Dan zol ik een blauwspärre nemmen. Diee is wat duurder möör oersterk”.

Samen liepen ze naar het gedeelte van de boomkwekerij waar de kerstbomen stonden. Jan liep naar een mooie volle blauwspar. De zachte zijden blauwe glans zou zeker nog beter tot zijn recht komen onder het licht van de kerstkaarsen. “Hee is ongeveer twee meter”, zei Jan. “Iej mot um noa de feestdagen nieet dalijk buten zetten, eerst noa de dèle en dan noa een paer weken noa buten, as het nieet vrus, Iej loopt de kans dat e het dan haalt. Het vrus noe nieet, dus doa bof iej bie!”

Top knikte dat hij hem hebben wilde. Jan groef het boompje uit, plantte het met hulp van Top stevig in de diepe kuip meteen op de aanhanger. De boom kwam in geschikte tuinaarde.

Top moest nog even weer naar Frederiks, nadat hij dertig gulden met Jan afgerekend had.

Bij Frederiks kocht hij zilver slingers en twintig gekleurde ballen voor de boom. Toen reed hij naar huis. Hans, Karel, Gerrit en Welmoed hielpen hem de prachtige boom naar binnen te dragen. Na plaatsing in de hoek bij het raam in de kamer gaf Welmoed hem meteen een sloot water. “Verstandig”, zei Top. “Hee mag beslist nieet verdreugen!”

Top pakte de oude dozen met kerstversiering uit de kast. Hij zocht de mooiste en grootste zilveren piek uit, plaatste die onder applaus boven in de boom. Toen slingerde hij de slingers sierlijk in het groen en erover. De kaarsen verdeelde hij gelijkmatig over de hele boom. Toen kwamen de ballen aan de beurt. Top had nog een nieuwe contactdoos. De beide stekkers van de lichtjes deed hij erin en … de kertstboom straalde.

Top realiseerde zich dat op dit moment tientallen, misschien wel honderden in het kneuterige Nederland bezig waren hun boom op te tuigen en dat straks tienduizenden landgenoten met kerstmis genieten zouden van het Licht in de Duisternis. Daarin was dit kleine ‘Konkelfoes’ toch groot!

 
 

Wij gebruiken één cookie, die essentieel is voor het functioneren van deze website. Lees meer: Privacy & cookies.

  Ik accepteer deze cookie.
EU Cookie Directive plugin by www.channeldigital.co.uk