73 Paard

> Categorie: KONINKRIJK KONKELFOES Gepubliceerd: woensdag 24 augustus 2011

De volgende morgen wandelde Top na de koffie naar de boerderij van Harmsen. Hij trof Eppe in de paardenstal. Hij was met de ruin van Sinterklaas bezig. Hij keek niet van het rossen op, toen Top “Morgen” zei. “Morgen Top”, antwoordde hij, “Wedden dat ik wete wat iej komt doon?” – “Nou?” – “Iej zeukt een peerd, want iej wilt weer goan riejen. Ik zagge oe gister wel kieken en genieeten! Iej hobbelden op de moate van de muziek zoo met Rojan mee. Iej veulden oeweigen in gedachten op dat dier zitten!”

Top zei dat Eppe gelijk had en dat hij de kriebel in zijn lijf gevoeld had. Maar dan wist Eppe ook wel wat hij kwam doen. Nou, of Eppe dat wist. “Iej wilt een peerd kopen, een riejpeerd en het lieefst een makke ruin”.

“Ik wil disse ruin van oe kopen”, zei Top. “Dat geet nieet. Goat möör ens mee”. En Eppe ging Top voor naar de wagenloods. Daar stonden naast elkaar een glimmend zwarte calèche, met gouden biezen, een prachtige witte glimmende landauer met open kappen en een zwartgrijze gesloten koets.

“Döör heb ik mien peerden veur neudig, um mien wagens te trekken bie brulluften en partijen”, zei Eppe. “En Rojan verkoop ik dus nooit”.

Terug bij het paard ging Top bij de linker schoft van het dier staan. Het hief iets het hoofd en gaf een knikje van verstandhouding. Top voelde dat het dier hem mocht. Voorzichtig streek hij met de hand langs de hals. Het paard bewoog de lippen. Uit de zak van zijn colbertje pakte Top een suikerklontje, bood dat het dier in zijn holle hand. Voorzichtig pakte Rojan het met de lippen en ‘smaakte’ het naar binnen. Top zag dat Eppe breed grijnzend stond toe te kijken.

“Ik make een deal met oe”, zei Eppe plotseling. “Ik lene Rojan uut an oe. Hee mag oe. Ik hebbe nieet alle dagen tied veur hum. Möör dan mo’j regelmoatig met hum op pad goan, loa we zeggen ens of twee keer in de wèke. Het kost oe niks. Ik verzörg hum. As iej hum gebruukt, tuug iej hum zelluf op. Noa elke rit geef iej hum de nodige noazörg”.

Top was volledig perplex. Hij wist dat de gebroeders Harmsen beste kerels waren, maar dat dit mogelijk was! De broer van Eppe was er ondertussen bij komen staan en hij had het laatste gedeelte helemaal meegekregen.

“Iej mot nieet zoo verbaasd wèèn”, zei Eppe. “Het is eigenbelang, veurkommend uut andermans belang. As de ene hand de ander wast, wordt ze beiden schone”.

Top bedankte de heren Harmsen en hij sprak af de volgende dag zijn eerste rit te maken. Toen liep hij tevreden naar huis . Hij lichtte Tine, Moeder en de kinderen volledig in en ook de andere ‘eetgenoten’ onder de middagmaaltijd.

 

De volgende morgen. Top maakte zichzelf en Rojan rijvaardig en hij reed stapvoets op Rojan het klinkerpad naar de Schapenzandweg af, reed linksaf het bos door richting ‘Nieuw Rande’. Hij reed rechtsaf langs het ‘buiten’, langs de oprijlaan naar de Sallandsweg, voor ‘De Biele’ linksaf langs de vroegere ‘vossenfarm’, die er verwaarloosd bij lag. Op de Randerstraat reed hij rechtsaf, toen meteen linksaf de Bokhorsterstraat in tot kasteel ‘De Haere’.

Onder het rijden merkte hij hoe ook Rojan genoot. Op ‘De Haere’ kon hij wat galopperen en draven. Toen reed hij dezelfde weg terug. Twee uur ruim was hij onderweg geweest.

Rojan genoot van de verzorging na de rit, Top trouwens ook. Zijn geest was helemaal vrij.

Na de verzorging liet hij Eppe controleren of alles met Rojan in orde was.

“Iej bint een attente keerl”, zei Eppe. “Hoe ging het?” – “Fantastisch!” – “Holden zoo!”

Tevreden fietste Top huiswaarts.

 
 

Wij gebruiken één cookie, die essentieel is voor het functioneren van deze website. Lees meer: Privacy & cookies.

  Ik accepteer deze cookie.
EU Cookie Directive plugin by www.channeldigital.co.uk