28 Schemertoestand

> Categorie: KONINKRIJK KONKELFOES Gepubliceerd: zondag 10 juli 2011

Tobias trok zijn trainingspak, dat van Leo de Leeuw dus, uit, hing dat aan de haakjes. Toen zag hij in de spiegels dat hij rugnummer dertien had. De scheidsrechter, de deur openend, trok even de wenkbrauwen op, toen hij , dat dacht Top tenminste, hem meende te herkennen.

“Nummer dertien, Leo de Leeuw, reservekeeper, valt in voor Luuk de Lange, nummer één”, baste de oefenmeester. Flip noteerde het.

Slechts een paar seconden later vond Tobias Meester zichzelf terug in de goal van de concurrentie tegen wil en dank.

Het fluitje klonk. De tweede helft was begonnen. Het was half twee. Dat zag Top op de stadionklok. Het was net of hij televisie keek, zo onwezenlijk was alles. Maar het werd nog gekker.

Zwartrood trapte af, terwijl het door de BKB-dranken roeriger geworden publiek met veel lawaai duidelijk maakte, dat het bloed wilde zien, bloed aan de paal. Top zag zichzelf al bloedend daaraan hangen, wat hem steeds nerveuzer maakte. Als tijgers leken tribunes en spelers likkebaardend in zijn richting te sluipen. Er trok een waas voor zijn ogen, hij zag en hoorde alles vaag. Hij zag geen bal, hoorde alles onduidelijk, had het gevoel dat hij niet stond maar lag. De witte lijn onder zijn voeten ingespannen volgend naar links en rechts merkte hij op dat het doel nog om hem was. Stil blijven staan nu, benen iets uit elkaar en de oogwaas wegknijpen. Het lukte niet.

Plotseling kreeg hij een daverende dreun op zijn hoofd, waardoor hij meteen bij zijn positieven was. Duidelijk zag hij de bal met een grote boog in de richting van het middenveld gaan, terwijl een geweldig geloei opsteeg uit het publiek: “Bis, bis, bis, Leo de Leeuw, grijp je prooi … ! Leo, Leo. Nog eens zo! Leo, Leo, nog eens zo! Er is maar ene Leeuw en dat is die van Deventer, en geloof je daar niet aan, ga dan maar naar Milaan!”

Dat was toch te gek! De Leeuw van Deventer en Milaan, dat was jaren geleden. En werd hij daar nu mee vergeleken? Het was alsof hij in bed naar beelden uit het verleden lag te kijken in plaats van een doel te verdedigen!

Flip blies op zijn fluitje. Alle spelers stonden stokstijf. Flip gaf hun te kennen dat ze terug moesten gaan naar de plaats waar ieder stond, voordat Top die dreun op zijn kop kreeg. Iedereen gehoorzaamde meteen. Op de micrometer nauwkeurig stonden ze klaar. De scène herhaalde zich in zeer vertraagde beelden. De bal vloog vanaf de zestienmeterlijn op zijn hoofd. Opnieuw voelde hij de dreun, gaf er zich rekenschap van dat hij door de reactie opveerde. Met dezelfde boog vloog de bal in het vijandelijke vlak – Actie is reactie – Wie kaatst, moet immers de bal verwachten – Bisgeroep. Herhaling in langzaam tempo. Geconcentreerd was hij nu bezig, fixeerde alle bewegingen, terwijl grote vrolijkheid zich van hem meester maakte. Afgevloeid van de Bonte Kauwgomballen was hij compagnon geworden van de gasten en hij verdedigde hun doel: dat van de antidemocratiedictatuur. Dat zou volgens de spelregels gebeuren moeten met hoofd, armen en benen, met zijn hele body. Daar kwam weer een kogel links onder. Hij dook, stompte hem eruit. In alle standen ranselde hij de gloeiende spetters uit het doel; hij plukte de ballen uit de lucht als rijpe appels, rolde ze tot aan de rand van het strafschopgebied en knalde ze dan het veld weer in. Hij voelde zich stijgen tot grote hoogte. Het publiek juichte, raasde, stampte, zong. Voor de tweede keer die dag was hij een held, al was het onder een andere naam.

Daar kwam er weer eentje. Een reclamespot flitste door zijn brein: “Een BKB-drank drinkend stopte de keeper een hard schot, eenvoudig door één  hiel te lichten en die achter de bal te plaatsen”. Hij deed hetzelfde! Fluitje van een cent! Eenvoudig en eerlijk! 

 

Wij gebruiken één cookie, die essentieel is voor het functioneren van deze website. Lees meer: Privacy & cookies.

  Ik accepteer deze cookie.
EU Cookie Directive plugin by www.channeldigital.co.uk