51. Hulpe

> Categorie: De Liggende Vrèters Gepubliceerd: maandag 05 oktober 2009
“Èven mien glèèsken lögen”, zei Ome Eppe. En hee gooiden de boddel achteroaver.   Toen ging het verhaal verder. De gästen dronken de woorden van Gerrit en Ome Eppe as modermelk in.Ome Eppe: “Onze onzachte kukelpärtieje was nieet onop-emerkt ebleven. Der kwammen zwèvende lichter op ons of. Vanof driee kanten wieren wiej beschenen deur carbidlanteerns of zuk soort dinger. Het wazzen in elk geval gin zaklanteerns, want ze maakten een wat sissend geluud. Toen klonk der een Nederlandse stemme deur de nacht, wiel ze noe volop in het licht stonden: “Wat voor de donder komen jullie hier halen? Zeg op, anders zijn jullie er geweest!””Gerrit: “Ik herkenden metene de stemme. Diee was van Jeroen de Planter, een Zeeuw   diee op de Middelbare Koloniale Landbouwschole ewest was. Diee schole is nog steeds hier in Dèventer!   “Jeroen, wat doo iej hier dan!” riep ik. “Proberen een koffieplantage  te runnen”, zei Jeroen. Ik stelden Ome Eppe en de ritmeester an hem veur.Jeroen riep: “Ik ken U, meneer Preusterink. Ik ken U via de heer Landman van de posterijen. U bent, neem me niet kwalijk, monsieur Le Poule, dat is Uw bijnaam. U bent niet enkel besteller in Deventer, U bent ook heel goed technisch onderlegd, vooral op elektrogebied. Misschien kunt U ons uit de moeilijkheden helpen. Wij hebben geen stroom”.Ome Eppe: “Feitelijke is mien biename De Kippe, möör dat dut der noe èven nieet too. Wiej mosten toovallig een klein aggregaat nöör Siberië brengen veur de inlichtingendienst döör, möör zoo de wind weit, weit onze ballon, dus wiej helpt oeluu möör!”Jeroen en zien vrinden klapten in de handen. Zien vrinden wären Harm en Jan Triele uut Schalkhaer en diee proatten zoo plat as een dubbeltjen.Ritmeester zei: “Ik weet wat elektronica betreft van tuiten noch blazen, maar ik geef graag het bevel: Maak de stroom weer in orde, opdat er licht zij!”Gerrit: “Wiej slepten de mande met verbindingsspullen nöör een wiederop stoande blokhutte en maakten de telefoon- en elektriciteitsverbindingen op de plantage weer in order, onder de schitterende ogen van de zwärte medewerkers in de koffiebranche. Toen was het genieeten ebloazen van koffie, gegrild vleis, of an het spit, kortumme een barbeknooi, zooas ik nog nooit mee-emaakt hebbe; en ik bin al zon vet värken!”Ome Eppe: “Jeroen belden metene het ADKL in Schoonhoven en binnen driee uur was der een straaljager, pas uut, diee op het plantagevliegveld landden en ons halen kwam. Wiej wieren uut-ezweid deur de jongens van de landbouwschole uut Dèventer en stonden wat uren later op de Teuge. Bie mien lieeve zuster Lucie an de Rozengaarderweg dronke wiej as slot een kop Kongo-koffie”.Gerrit: “Ritmeester van Toeten tut Bloazen ging nöör huus, Ome Eppe nöör zien Mientjen. En ik ging nöör mien standplaatse in Hellendoorn!”Käreltjen: “Jij was toch in Hellendoorn om te kuren!?”Gerrit: “Sssst … , dat was de dekmantel veur mien inlichtingenwerk … !”

Käreltjen: “Ooooh . . . . !”

Toen bärstten het gelach lös! Iederene had genoten van de hechte samenwerking van Ome Eppe en De Liggende Vrèter.
 

Wij gebruiken één cookie, die essentieel is voor het functioneren van deze website. Lees meer: Privacy & cookies.

  Ik accepteer deze cookie.
EU Cookie Directive plugin by www.channeldigital.co.uk